Als er 100 mensen op de wereld waren
Vandaag moest ik op een basisschool zijn die niet heel dichtbij mijn woonplaats was. Op de terugweg was het erg druk op de weg en Google Maps probeerde mij zo snel mogelijk naar huis te krijgen door me over allerlei tussendoorweggetjes te sturen. Ik was niet de enige op die kleine weggetjes. Een talloos aantal auto’s probeerde op een snellere manier thuis te komen, waarbij iedereen elkaar een beetje in de weg zat.
Op momenten zoals deze, moet ik altijd denken aan mieren die met elkaar op een gigantische mierenhoop zitten. Al die kleine, nietige wezentjes die zo dicht op elkaar leven zonder ruimte. Ik zoom uit en zie mijn weg en nog veel meer van die wegen, misschien zelfs Nederland als een mierenhoop vol met die wriemelende beestjes. Ik voel me dan altijd zo klein, onderdeel van een gigantische wereld waarin ik slechts één iemand ben in één kleine auto. En dan te bedenken dat er nog 8 miljard andere mensen zijn die op dat moment van alles beleven en meemaken.
Zo veel levens, zo veel gewoonten, zo veel alles. Hoe maak je dat alles nu begrijpelijk? Nou, bijvoorbeeld door het boek ‘Als er 100 mensen op de wereld waren’, waarin ieder mens voor ongeveer 80 miljoen mensen staat. Die 100 mensen leven met elkaar in één dorp en in dit boek worden ze allemaal met elkaar vergeleken. Daardoor is het makkelijk om inzicht te krijgen in hoe het leven nu eigenlijk precies is voor iedereen en te zien én begrijpen wat onze overeenkomsten en verschillen zijn.
‘Als er 100 mensen op de wereld waren’ is een fantastisch boek. Omdat het echt laat zien hoe het ervoor staat op de wereld. Een begrip van 8.000.000.000 is niet te bevatten voor kinderen (en ook niet voor volwassenen), maar 100 is veel beter te begrijpen en al helemaal als die 100 mensen ook nog worden afgebeeld. Het mooie is dat er niet alleen aantallen worden gegeven, maar dat er ook uitleg bij wordt gegeven. Zo leer je dat slechts 3 van de 100 mensen blond haar hebben en 84 van de 100 zwart haar en dat dat komt door iets wat DNA heet. In een korte, maar zeer accurate uitleg wordt verteld wat DNA dan precies inhoudt.
Dit prentenboek gaat niet alleen over uiterlijke kenmerken of over waar mensen precies wonen. Het gaat ook over de maatschappelijke ongelijkheid. 89 mensen in het dorp hebben genoeg te eten, maar 11 mensen niet en dat terwijl elk jaar ongeveer een derde van al het voedsel wordt weggegooid. Zoveel eten is meer dan genoeg om ook die elf monden te kunnen voeden. Tevens wordt duidelijk gemaakt dat slechts een aantal mensen uit het dorp bijna al het geld in de wereld bezit, terwijl er genoeg zou moeten zijn voor iedereen. Dat wringt en ook deze schurende onderwerpen worden niet uit de weg gegaan in dit boek.
Het dorp zal blijven groeien, net als de algehele wereldbevolking. Dat heeft gevolgen en ook die gevolgen worden hier besproken. Zonder angst aan te jagen, maar wel realistisch. Als we groeien (en dat gaan we zeker weten doen), dan moeten er oplossingen bedacht worden voor moeilijke problemen die we tegen gaan komen. Belangrijk is dat we dat samen doen, zodat we met elkaar in een prachtig dorp kunnen blijven wonen.
‘Als er 100 mensen op de wereld waren’ is een ideaal boek om in te zetten voor burgerschapsonderwijs. Hoe ziet onze maatschappij eruit? Hoe zou onze klas vertegenwoordigd zijn in dit kleine dorp? Waar sta ik eigenlijk? Wat zou ik kunnen doen om bij te dragen aan een goede maatschappij waarin we met elkaar samenwerken? Boeken als deze zijn belangrijk omdat het tot denken aanzet zonder te veroordelen. Het is heel goed in te zetten in de onder-, midden- én bovenbouw, omdat het niet alleen gaat om de tekst, maar ook om het gesprek dat volgt en de verwerking die erbij hoort.
Schrijver: Jackie McCann
Illustrator: Aaron Cushley
Vertaler: Wilma Eras
Uitgever: De Fontein