Waar ben je?
Ik denk vaak na over gedragingen binnen gezinnen. Met elkaar kunnen ouders en kinderen bepaalde patronen in stand houden die niet goed en gezond zijn. En toch blijven die patronen bestaan. Het doorbreken ervan kost dan ook veel moed en tijd. Dat komt denk ik omdat het veiliger en op een vreemde manier comfortabeler is om te blijven in hetgeen je kent, ook al weet je dat het niet klopt. Werken aan jezelf, aan je gezin is ongelooflijk ingewikkeld, want het vraagt dat je naar je eigen handelen kijkt, maar ook dat je met elkaar in gesprek gaat over datgene waarin jullie vastzitten. Het is een worsteling die ik maar al te goed herken: oud zeer opengooien en van daaruit verandering bewerkstelligen. Voor nieuwe patronen, góede patronen, zijn ontstaan ben je heel wat jaren verder.
Milan worstelt ook. Jaren geleden is er iets verschrikkelijks gebeurd, waarover hij liever niet praat en waarover daadwerkelijk niet gesproken wordt. En eigenlijk weet ook bijna niemand het, behalve zijn moeder, zijn zus Juno en zijn beste vriend Juan-Luca. Maar verder heeft Milan het meesterlijk op weten te vouwen in een hoekje van zijn hoofd en komt het er niet uit. Tot zijn zus Juno verdwijnt. Iedereen gaat ervan uit dat het wel los zal lopen. Zo is Juno nu eenmaal, impulsief en altijd haar eigen gang gaand, maar Milan voelt dat er meer speelt. Hij kan het niet loslaten en gaat op zoek. Juno is er namelijk altijd voor hem geweest, zeker na dat verschrikkelijke waar niemand over praat. Milans vriendin Jaleesa helpt hem en gedurende zijn zoektocht naar zijn zus, wordt hij steeds meer meegenomen naar dat ene stukje van het verleden waar hij absoluut niet wil zijn.
Dit werk van Anna van Praag is prachtig. Ik las het en daarna bleef het verhaal maar in mijn hoofd zitten. In ‘Waar ben je?’ zitten zo veel aanwijzingen en vooruitwijzingen dat je na het lezen van het einde, het boek nogmaals zou moeten lezen om alle lagen die aanwezig zijn er nog eens uit te halen. Met name de intertekstualiteit van het boek ‘Misdaad en Straf’ van Dostojevsky is geniaal gevonden. Mocht je het boek nog niet gelezen hebben, dan klinkt dit misschien wat vaag. Ik zal het proberen uit te leggen. Milan gaat op zoek naar verschillende bewijsstukken om erachter te komen wat er met zijn zus is gebeurd. Die bewijsstukken lijken nergens naartoe te leiden, maar niets is minder waar. Aan het einde van het verhaal vallen stukjes (bewijsstukken) op hun plek en zul je er als lezer achter komen hoe mooi gelaagd dit verhaal is opgebouwd.
Ik voelde mee met Milan, met de last die hij zijn hele leven al met zich meetorst. Een schuldgevoel, het idee een gezin kapot te hebben gemaakt terwijl hij nog een kind was toen het gebeurde. Altijd compenseren, altijd aanpassen en bovenal: het niet praten met elkaar over een gebeurtenis die zo bepalend is geweest voor je leven. Dat moet verschrikkelijk zijn. Het is alsof Van Praag het zelf heeft meegemaakt door het zo beeldend en invoelend op te schrijven.
‘Waar ben je?’ leest ook nog eens als een trein. Als lezer vraag je je ook constant af waar Juno is. Aan alles merk je dat er zaken niet kloppen. Milan mist informatie, maar jij als lezer ook. En ook de onverschilligheid die zoveel mensen voelen vanwege het verdwijnen van Juno is opvallend. Je wilt er de vinger wel op leggen, maar het lukt niet en dus lees je door. Aan het einde wordt alles duidelijk, maar tegelijkertijd ook nog niet. Milan en Juno hebben nog een hele weg te gaan, maar heling is begonnen. Wat een weergaloos werk is dit boek.
Schrijver: Anna van Praag
Uitgeverij: Lemniscaat
Lees ook: