Bijen blaten niet, dokter Brombeer
Ik was al een tijdje zwanger van Rein en dat zorgde ervoor dat ik niet altijd evenveel energie had. Mijn mentorklas, een 5 havo-klas, vond ik maar onrustig en ik zat maar wat vaak op ze te mopperen. Na afloop van een les sprak ik een leerling aan op het gedrag van de klas: ‘Vind je zelf ook niet dat jullie de laatste tijd ontzettend onrustig zijn?’ De leerling keek me aan en zei: ‘Misschien zijn wij wel wat onrustiger, mevrouw, maar volgens mij zit u ook al een tijdje niet zo lekker in uw vel.’ Au… die had ik niet zien aankomen.
Maar zijn woorden zetten me aan het denken en de les erna startte ik met de woorden van die leerling en dat ik dacht dat hij misschien wel gelijk had. Ik sprak uit dat ik recentelijk nogal onaardig tegen ze was geweest en dat ik daar op zou gaan letten. Doordat die ene leerling me bewust maakte van mijn eigen gedrag, kon ik dat aanpassen en kon ik het positieve van deze klas weer zien. Daardoor werden mijn lessen automatisch weer leuker, want eigenlijk was dit gewoon een heel leuke klas: ik zag het gewoon alleen even niet meer. Soms heb je dus gewoon even iemand nodig die je weer het goede doet laten inzien.
Dokter Brombeer heeft ook zo iemand nodig in het boek ‘Bijen blaten niet, dokter Brombeer’. Zijn wachtkamer zit vol met dieren die niet doen wat ze zouden moeten doen. Het schaap sist, de slang sjilpt, de mus mekkert en de beer blaft en dokter Brombeer baalt daarvan en begint zelfs aan zichzelf te twijfelen. De vraag is alleen of dokter Brombeer wel goed kijkt en luistert. Misschien is het allemaal niet zo erg als hij denkt dat het is?
Dit boek lees je van voor naar achter en van achter naar voor en de eerste keer vond ik dat best een beetje verwarrend. Er gebeurt zoveel: je moet je aandacht er echt goed bijhouden. Maar na een eerste keer lezen kwam er al veel meer lijn in het verhaal en ontstond er ruimte om te kijken naar alle grappige vooruitwijzingen in het verhaal.
Op iedere pagina zie je namelijk het dier dat het verkeerde geluid maakt, maar je ziet ook al het volgende dier dat in de wachtkamer van de dokter aanwezig is. Het is een feest om naar al die dieren te kijken die Janneke Ipenburg met zoveel zorg geïllustreerd heeft. Alle dieren hebben iets menselijks meegekregen. Zo heeft de slang een prachtige parelketting om en de kat een kek giletje aan. De kraai heeft een dikke sjaal om, maar tegen zijn verkoudheid helpt het niet. Ontzettend grappig is het krantje van de uil, waardoor we nog beter op de hoogte raken van het wel en wee van de verschillende dieren (arme meneer Paard die zijn arm heeft gebroken nadat hij van het dak is gevallen).
De onvrede van dokter Brombeer is voelbaar op iedere pagina. Al die dieren die niet doen wat hij wil… Het zorgt ervoor dat hij zichzelf de slechtste dokter van de wereld vindt. Maar gelukkig geeft mama Bij niet zomaar op en laat ze de dokter zien wat er echt aan de hand is: ‘Zoem-zoem,’ zoemt mama Bij. ‘Kijk en luister eens goed, dokter Brombeer!’ De uil wijst de juiste richting aan voor de dokter en dan begint hij aan zijn terugtocht. Die weg terug bevalt de dokter heel wat beter. Na een tijdje begint hij zijn zelfvertrouwen weer terug te krijgen. Dokter Brombeer is toch stiekem wel de beste dokter die er eigenlijk bestaat!
‘Bijen blaten niet, dokter Brombeer’ is een fijn boek om samen met kleuters te lezen in de klas. Het moet voor kinderen magisch zijn om te zien dat het verhaal opeens weer klopt op het moment dat het van achter naar voor wordt gelezen. Dit boek gaat zeker weten voor veel plezier en verwondering zorgen.