De kaarten van madame Petrova
Deze week werd het thema van de Kinderboekenweek 2023 bekend gemaakt, ‘Bij mij thuis’. Een prachtig thema dat gelijk allerlei associaties bij me oproept. Thuis zijn of je thuis voelen is voor iedereen anders en toch ook voor iedereen gelijk. Vergelijk het maar eens met het woord ‘stoel’. Iedereen denkt aan zo’n ding met vier poten en een rugleuning, maar tegelijkertijd geeft iedereen zijn eigen invulling aan die stoel. Misschien is het voor jou wel een keukenstoel waarop je altijd zit te werken of juist die schommelstoel waar je zo heerlijk in kunt lezen.
Zo werkt het ook voor het begrip thuis. Iedereen heeft zijn eigen beeld bij wat thuis zijn betekent, maar tegelijkertijd is thuis (of je thuis voelen of thuis zijn) een begrip dat staat voor veiligheid, geborgenheid, zachtheid of in ieder geval het verlangen ernaar. Dat begrip is universeel.
Eigenlijk speelt dat begrip thuis ook een grote rol in het boek ‘De kaarten van madame Petrova’. Waar we in het eerste deel kennismaakten met Janis, neemt nu Silke de hoofdrol op zich in dit verhaal. Zij is samen met Janis gevlucht van het landgoed Holderstate. Zonder vastomlijnd plan zijn ze op weg. Silke is erg ongerust over de eerder gelegde kaarten van madame Petrova, kan het niet goed loslaten. Tijdens hun reis komen ze een echtpaar tegen, van wie de vrouw kaarten legt om de toekomst te voorspellen. Ze stelt Silke voor om haar het vak te leren. Daar heeft Silke wel oren naar, maar Janis is minder overtuigd van de vrouw haar goede bedoelingen. Kunnen ze er samen uitkomen?
Je zou kunnen zeggen dat ‘De kaarten van madame Petrova’ een zoektocht van Silke is naar thuis. Ze woonde in Holderstate, dat was het huis, maar was het ook haar thuis? En nu heeft ze Janis gevonden: haar tweelingbroer met wie ze samen in de buik van hun moeder heeft gezeten. Maar is hij thuis? En kan hij als thuis voelen als een voorspelling je in de nek hijgt, je die niet helemaal los durft te laten? En als iemand thuis is, is er dan ook een thuis waar je samen naartoe kunt gaan? En waar is dan dat thuis als je daar allebei een ander idee bij hebt? Wat een vragen voor zo’n jong meisje. Marjolijn Hof weet die zoektocht, die onzekerheid en de vertwijfeling haarfijn weer te geven.
Het boek is zo geschreven dat het onmogelijk was om weg te leggen. Dat komt onder meer door het taalgebruik dat Marjolijn Hof gebruikt. Het echtpaar, Loore en Ranno, leer je kennen door middel van de dialogen die gevoerd worden. We zien niet hun gedachten en we zien ze vanuit Silkes perspectief en toch geven hun gesprekken, hun taal ons voldoende informatie om een duidelijk beeld van ze te krijgen.
De enige die we in dit boek niet leren kennen op die manier is Janis. In ‘Lepelsnijder’ werd het verhaal vanuit hem verteld, maar in dit verhaal heeft hij een andere rol. Hij is terughoudender, lijkt wat norser te zijn, maar dat komt wellicht ook door dat gekleurde beeld dat we van hem krijgen. Hij is op de achtergrond, maar toch ook weer helemaal niet: Silke doet namelijk alles voor hem. Ik moet wel zeggen dat ik Janis zoals ik hem in ‘Lepelsnijder’ kende in dit verhaal miste. Het leek of het zachte enigszins ontbrak. Wellicht was hij ook op zoek naar thuis.
Ik heb genoten van de hoofdstuktitels. Het waren kleine verwijzingen naar zaken die zouden gaan gebeuren waardoor je ieder hoofdstuk opnieuw in werd getrokken met grote nieuwsgierigheid. De kleine illustraties van Annette Fienieg onder de hoofdstuktitels maakte het geheel af.
Toen ik nog kind was, had ik bepaalde series die ik keer op keer uit de kast pakte en opnieuw las. De verhalen namen me mee, wisten me in vervoering te brengen. Na het eerste deel was ik altijd blij dat ik opnieuw met een volgend deel mocht beginnen en bij het laatste deel voelde ik altijd teleurstelling dat het weer voorbij was. ‘Lepelsnijder’ en ‘De kaarten van madame Petrova’ hebben hetzelfde vermogen in zich. Het zijn boeken die ik keer op keer opnieuw kan pakken, kan lezen, die me meenemen naar een wereld waar ik wel wat langer in zou willen blijven. Ik kan niet anders dan hopen op een nieuw deel dat hopelijk nog eens gaat verschijnen.