Het boek van Beatrice
Toen ik het omslag en de titel van ‘Het boek van Beatrice’ zag, moest ik gelijk denken aan het eeuwenoude verhaal van Beatrijs. Het is een verhaal over een vrouw die voor de liefde van haar leven stiekem het klooster verlaat, vervolgens veertien jaar wegblijft en daarna weer terugkeert. Eenmaal weer in het klooster aanwezig, heeft niemand haar afwezigheid opgemerkt. De heilige maagd Maria heeft al die tijd haar taken overgenomen. Beatrijs doet boete en keert uiteindelijk weer terug in het klooster als non.
Beatrijs is werkelijk waar een prachtig verhaal dat ook wel een exempel wordt genoemd. Middeleeuwse exempelen werden gebruikt om het verschil aan te geven tussen goed en kwaad: we kunnen toegeven aan allerlei slechte dingen, maar ons uiteindelijk altijd weer naar God of Maria keren.
Die exempelen waren afgeleid van de Romeinse term exemplum. Exempla waren korte verhalen die als doel hadden de lezer ergens van te overtuigen. En eigenlijk zou je kunnen zeggen dat ‘Het boek van Beatrice’ ook een bepaalde stelling inneemt. Maar daar kom ik later op terug.
In ‘Het boek van Beatrice’ woont Broeder Edik in een klooster ten tijde van oorlog. Op een dag vindt hij in de stal van het klooster een bijzonder meisje. Ze is ziek en ligt te slapen terwijl ze Answelica vasthoudt, een nogal excentrieke en bijzonder koppige geit, waarvoor zo’n beetje alle monniken bang zijn. Broeder Edik verzorgt het meisje en komt erachter dat ze een heel groot geheim met zich meedraagt. Dat geheim brengt niet alleen Beatrice, maar ook de mensen om haar heen in gevaar.
In dit boek voel je een constant aanwezige dreiging. Er is een profetie die zegt dat een kind, een meisje, op een dag een koning zal onttronen. Beatrice blijkt dat meisje te zijn en om die reden wordt ze achtervolgd door soldaten van de koning. Beatrice zelf heeft geen herinneringen meer aan haar verleden, maar dat betekent niet dat ze daardoor veilig is. Ondanks het gevaar dat dreigt, komen er mensen (en Answelica, de geit) op haar pad die Beatrice niet meer loslaten. Ze volgen haar, zelfs op het moment dat ze niet gevolgd wil worden.
Het aanwezige onheil betekent echter niet dat het verhaal zelf zwaar is. Het is soms mysterieus en ook heel erg spannend en soms heb je geen idee waar het verhaal naartoe gaat, maar tegelijkertijd is het verhaal een verhaal over vriendschap, over ongekende moed, over liefde en over trouw zijn aan jezelf en aan degenen van wie je houdt. Beatrice weet zich ongemerkt te omringen met mensen (en die geit dus) die om haar geven en van haar houden. Achter het harde verhaal gaat een ongekende zachtheid schuil.
Daarnaast speelt in dit boek de liefde voor verhalen een grote rol. Beatrice kan lezen en schrijven, iets wat in de tijd waarin het boek zich afspeelt gevaarlijk was: vrouwen hoorden dat niet te doen en Beatrice is zich daar heel erg bewust van. Haar liefde voor taal en voor lezen is echter zo groot, dat ze andere mensen ermee aan weet te steken. Zo leert Beatrice Jack Dory, een van haar trouwe vrienden, lezen, iets waarvan hij zich pas realiseert dat hij het gemist heeft op het moment dat hij het leert te doen. Er gaat een ongekend mooie wereld voor hem open.
‘Hij keek hoe de letters een voor een onder haar hand verschenen, en het voelde alsof elke letter een deur was die vanbinnen bij hem openging, een deur naar een verlichte kamer. ‘De wereld’, zei Beatrice tegen Jack Dory, ‘kun je spellen.’
‘Het boek van Beatrice’ gaat over de kracht van liefde, maar ook zeker over de kracht van verhalen vertellen. Kate DiCamillo zegt er in een interview dat ik online vond het volgende over:
‘Woorden zijn waar het om gaat. Het delen van woorden, het activeren van de verbeelding door het lezen van woorden. De reden dat geletterdheid belangrijk is, is dat literatuur de gebruiksaanwijzing is, de beste handleiding die we hebben, de meest bruikbare gids voor het land dat we bezoeken. Leven.’
Dat maakt dit boek in mijn ogen een exemplum: het neemt stelling in over de schoonheid van taal en de kracht van verhalen. En alhoewel ik weet dat ik al snel te overtuigen ben op dit gebied, heeft het boek mij nogmaals doen inzien hoe belangrijk het is dat we verhalen blijven vertellen en dat we zoveel mogelijk mensen, kinderen én volwassenen, overtuigen van die schoonheid en kracht.