Hoe verjaag je een monster?
Onze dochters zijn niet zulke goede slapers en sinds een aantal weken doet de jongste telg uit ons gezin gezellig met hen mee. Met enige regelmaat staat hij midden in de nacht aan ons bed om ons te vertellen waarom hij toch zeker wel bij ons in bed zou moeten slapen. Een van de redenen die met regelmaat genoemd wordt, is de mogelijkheid dat er monsters onder zijn bed zitten en dat hij dat niet zo heel erg prettig vindt.
In de avond spelen we er op in. We kijken samen met hem onder het bed, lopen een rondje door de kamer, vertellen hem dat monsters niet bestaan en wat dan al niet meer. De laatste dagen komt het wat minder voor: zijn klacht over monsters. Gelukkig voor Rein, maar minder gelukkig voor ons, zijn er nog duizenden andere redenen te bedenken om ’s nachts vooral niet in je eigen bed te hoeven slapen.
Die monsters onder het bed, daar heeft Pelle ook last van in het prentenboek ‘Hoe verjaag je een monster?’. Gelukkig heeft hij een buurjongen, Oscar genaamd, die Pelle graag helpt met dat probleem. Oscar is namelijk een expert op dat gebied. Hij kent heel wat verschillende monsters én weet hoe ze te verjagen vanonder de sponde. Helaas voor Oscar, en ook voor Pelle, is dit monster een nogal vasthoudend type. Gelukkig weet een buurman in het pand raad en geeft ze een klein doosje mee om het monster te verjagen. Maar zou dat hele kleine doosje écht voldoende zijn om het wezen te verjagen?
Ik was ontzettend nieuwsgierig naar dit prentenboek vanwege het omslag ervan. Het lettertype van de titel, de illustraties en de kleuren spraken me allemaal aan. Ook het verhaal zelf wist mijn nieuwsgierigheid voldoende te trekken om het boek in huis te halen. En ik moet je zeggen: er gebeurt van alles in het verhaal, in tekst én in illustraties. Ook de boodschap van het verhaal is goed bedoeld. Pelle wordt gepest, maar de pester delft het onderspit door Oscar die Pelle helpt en niet voor een kleintje vervaardigd is. Oscar is echt de grotere buurjongen die er voor je is als het nodig is én je leert om rustig te blijven in moeilijke situaties.
In het boek hebben sommige personages een naam die past bij hun karakter. Zo is mevrouw Stekel nogal stekelig. Eddie Worm is de pestkop van het verhaal. Een worm is een onder (de grond) kruipsel en dat is Eddie natuurlijk ook wel een beetje als pestkop. Minder geslaagd vind ik de vertaling van Pelle die gepest wordt. Pelle heet namelijk De Haas met zijn achternaam en is ook het hele verhaal door een beetje angstig, als een echte angsthaas. Hij verstopt zich achter stoelen en laat zich redden door Oscar.
Dat kan allemaal nog wel, maar wat me toch wel tegen de borst stuit is het gegeven dat Eddie ook nog eens hele grote voortanden toebedeeld heeft gekregen. Mijns inziens is dat onnodig en niet van toegevoegde waarde voor het verhaal. Ik snap namelijk niet waarom een gepeste afgebeeld moet worden met een zeer opvallend uiterlijk kenmerk waardoor kinderen in het echte leven zich hierdoor onzeker kunnen gaan voelen. Ik denk eerlijk gezegd dat het verhaal beter was geweest zonder dit uiterlijke kenmerk. In ieder geval voor mij. Ik kon het boek nu niet lezen zonder me hieraan te storen.
Toch wil ik ook zeker nog enkele positieve opmerkingen over het boek maken: de manieren om monsters onder je bed vandaan te jagen zijn zeer inventief en het karakter van Oscar is echt leuk. Hij blijft zo lekker rustig in soms toch ietwat penibele situaties. Ook het einde is grappig, omdat er niet expliciet verteld wordt waarom het monster zo van slag raakte. De illustraties vertellen het ons. Dat is het hele verhaal door een kracht: verhaal en illustraties ondersteunen elkaar.
‘Hoe verjaag je een monster?’ is een vermakelijk prentenboek dat op het punt van Pelle de plank een beetje misslaat. Of ik het aan Rein ga voorlezen? Daar moet ik nog even een nachtje over slapen, áls ik tenminste de kans krijg van mijn nachtrust te genieten.
Schrijver: Jana Bauer
Vertaler: Malgosia Zajac
Uitgeverij: De Fontein