Zebedeus en het ganzenbord van Wisse
Soms maakt een boek heel veel indruk op me, maar heeft het tijd nodig voordat ik er ook daadwerkelijk over kan schrijven. Ik wil er dan namelijk precies de juiste woorden voor vinden, maar ik weet ook dat allerhande superlatieven in het geval van dat boek slechts holle frasen zijn. Ik kan wel zeggen dat het verhaal wonderschoon, indringend en ontroerend is, maar dat dekt de lading van de boodschap niet. Dus hoe vertel ik dan wat ik van het boek vond? Hoe omschrijf ik dan mijn gevoel erbij?
In het geval van dit boek was het verdriet, weemoed, maar ook een zacht gevoel dat over me kwam. Leven en dood zijn kwesties in het leven waar ik me nog wel eens in kan verliezen. Het plotselinge en grillige karakter van beide heeft me te vaak overdonderd en na al die jaren ben ik nog steeds op mijn hoede. En dan komt er een verhaal dat vertelt over de reis van het leven, met al het moois, maar ook al het zware dat je met je meeneemt.
Waar die reis eindigt? Dat valt niet te zeggen, maar wellicht valt het te raden. De reis op zich is niet alleen maar zwaar, integendeel. En de hoofdpersoon accepteert gedurende het verhaal dat dit zijn weg is en dat het goed is. Hij eindigt zijn reis met een onmiskenbaar vertrouwen in het leven en de weg die daarbij hoort.
De hoofdpersoon van dit verhaal heet Zebedeus. Op een dag krijgt hij een ganzenbord opgestuurd van ene Wisse en wordt hij uitgedaagd het spel te spelen. Het gekke is dat er maar één pion bij zit. Toch besluit Zebedeus te gaan spelen. Hij gooit en het spel begint… waar het toe leidt? Dat is de vraag. Of zoals Zilver, zijn eerste reisgenoot zo mooi zegt: ‘We gaan naar waar het lot ons brengt.’
De reis van Zebedeus is er een van pieken en dalen: van de zevende hemel tot aan de gevangenis. Tijdens zijn reis ontmoet hij verschillende personen. Sommigen blijven kort bij hem, anderen langer. Ik voelde me nogal verbonden met Ocke Olaf Octaaf die probeert een wetmatigheid te vinden op hoe je het leven kunt verklaren en die het antwoord geeft op alle vragen. Wat zou ik graag bij hem zijn als hij het antwoord vindt. Of toch niet? Want als je alles al weet, wat heb je dan nog te vrezen? Of heb je dan juist alles te vrezen? Nog meer dan wanneer je niet weet?
Iedere stap die Zebedeus op het ganzenbord zet, is er een met een diepere laag. Mari, de marionet die zichzelf bevrijdt van haar poppenspeler Marcello is niet zomaar een pop die naar vrijheid verlangt. Het gaat dieper dan dat: ze houdt van Marcello, maar wil ook vrij zijn. Het gaat om loslaten in het leven van datgene waar of diegene van wie je houdt: ook al houd je er zielsveel van. Of het lam dat achterin het boek een rol speelt, is niet slechts een schaap, maar staat symbool voor heel veel meer dan dat: voor het leven waarin je niet kunt zien, maar enkel kunt geloven. Die verwijzingen overigens, bijvoorbeeld die van het Lam Gods en Jona die in een witte walvis zit gevangen zijn krachtig en geven het boek nog meer gelaagdheid.
Om toch maar in een paar superlatieven te spreken? De taal in het boek is zo mooi. De volgende zin bijvoorbeeld: ‘Zebedeus was er zoals de zee er was, het duin, de zon en de wind.’ Het boek is ook nog subtiel grappig. Zo is Zebedeus iemand die overal over twijfelt. Dat komt in het boek regelmatig terug. Als bed in de herberg kiest Zebedeus een twijfelaar en als hij aankomt bij een zevensprong kost het hem meer dan een halve pagina en een tas vol met eten alvorens hij een keuze maakt. Echt bewust kiezen doet hij eerlijk gezegd niet. Ook hier beslist het lot.
De illustraties van Annette Fienieg zijn een lust voor het oog. Haar zachte illustraties met heldere kleuren passen perfect bij het verhaal. Je kunt in dit verhaal merken dat schrijver en illustrator perfect op elkaar afgestemd zijn. Het geheel is in harmonie met elkaar. Wat ook echt mooi én leuk is, is dat we de reis van Zebedeus kunnen volgen op het ganzenbord dat voorin in het boek afgebeeld is.
‘Zebedeus en het ganzenbord van Wisse’ is een troostrijk verhaal, waarvan het de vraag is of kinderen alle diepe lagen eruit kunnen halen. Dat doet er tegelijkertijd niet toe. De reis op zichzelf is al mooi genoeg om samen met hen over te lezen en biedt genoeg gespreksstof. En voor ons volwassenen is het te hopen dat onze reis net zo mag zijn als Zebedeus. Gaan waar het lot ons brengt, met pieken en dalen, maar uiteindelijk vol vertrouwen.
Schrijver: Koos Meinderts
Illustrator: Annette Fienieg
Uitgeverij: Hoogland & Van Klaveren
Ik heb dit boek in één adem uitgelezen. Prachtig. Dit boek moet je in je groep voorlezen. Na elk hoofdstuk ga je met de kinderen in gesprek. Kinderen zullen de diepere lagen in dit boek over het hoofd zien. Door in gesprek te gaan, kun je de diepere lagen voor hen duidelijk maken en wordt dit boek, behalve een leuk avonturenverhaal, ook betekenisvol. Ik werk op een school met veel taalzwakke leerlingen. Het taalgebruik in dit boek is van hoog niveau, dus individueel lezen wordt daardoor lastig. Door voorlezen, uitleggen en in gesprek gaan, wordt dit soort lectuur ook voor die leerlingen toegankelijk. Het gaat tenslotte om de boodschap. Die wil ik ze niet onthouden.
Wat mooi dat je dat met je leerlingen doet. Dat geeft een boek als dit de verdieping die het verdient! Goed zeg.