Het alfabet voor groot verdriet
Vandaag zou mijn vader 77 jaar geworden zijn. Helaas is dat niet gelukt. Ik kan me zijn verjaardag achttien jaar geleden nog erg goed herinneren. Hij lag in het ziekenhuis en was er beroerd aan toe. Toch was hij vastbesloten de zusters en broeders op de afdeling te trakteren. Ik werd door hem gesommeerd lekkers voor hen te halen. Daarna was al zijn energie op en moest ik van hem naar huis. Die avond ging ik samen met mijn lief een weekendje weg, even op adem komen van bijna drie maanden leven met een familielid dat heel erg ziek is. De volgende dag al werd ik door mijn broer gebeld: het ging niet goed met papa en we moesten gelijk naar huis komen. Dat deden we. Die sterke man wist het toch nog een paar weken vol te houden alvorens hij overleed.
Vandaag mis ik hem meer dan anders: mijn kinderen worden zo groot en ik ben zo trots op hen en ik denk zomaar dat hij hen ook heel leuk zou vinden. Maar hij heeft ze nooit kunnen zien en ik kan er alleen in mijn hoofd over vertellen aan hem. Gelukkig weet ik dat deze dagen komen en altijd ook weer gaan. Maar voor deze dagen, waarop gemis wat meer een rol speelt, is het boek ‘Het alfabet voor groot verdriet’ een fijn boek om te lezen. Omdat de woorden van auteur Uus Knops op zichzelf al troostend zijn. Wat je ook voelt: alles past en mag er zijn, want het is jouw gevoel. Dat is een prachtige boodschap.
In dit boek word je als lezer letterlijk van A tot Z meegenomen in 26 woorden die uitleg geven over de dood en het grote verdriet dat daar onlosmakelijk aan verbonden is. Niet alleen wordt uitgelegd wat een begrafenis of crematie inhoudt, maar ook de onderwerpen ‘jarig’ en ‘klas’ worden besproken. Want hoe ga je om met iemands verjaardag als diegene er niet meer is? Heb je ooit weer zin om je eigen verjaardag te vieren als je iemand zo moet missen? En hoe ga je om met gemis in de klas?
Het knappe van dit boek is dat het licht is ondanks het zware onderwerp. Dat komt omdat Knops zo duidelijk laat zien dat alle gevoelens (ook een woord dat wordt uitgelegd) er mogen zijn. Tegelijkertijd is ze duidelijk: dood is dood en dat is onomkeerbaar. Met alles wat je daarbij voelt, zul je moeten leren omgaan, maar op je eigen manier en je eigen moment.
Moeilijke onderwerpen worden niet geschuwd en lastige termen niet uit de weg gegaan en dat maakt het boek zo ontzettend sterk. Niet alleen voor kinderen die te maken hebben met verlies en rouw, maar ook voor kinderen die er nog geen ervaring mee hebben. Met dit boek leren ze zich inleven. De illustraties van Sassafras de Bruyn dragen daaraan bij. Ze zijn ingetogen en maken indruk. Met zachte kleuren wordt een ingewikkeld onderwerp toegankelijk gemaakt. De mooiste illustraties voor mij zijn die van ‘eenzaamheid’, ‘missen’ en ‘rouw’ waarin ik zo veel herkende. Alleen het aanschouwen van De Bruyns werk is op een of andere manier al helend.
Het boek stelde me gerust, liet me zien dat ik me mag voelen zoals ik me wil voelen en dat ik op welk moment dan ook de tijd mag nemen om stil te staan bij het gemis dat ik soms nog voel. Een zin uit het onderwerp ‘wenen’ maakte bovengemiddeld veel indruk op me: ‘Ween maar, wankel maar. Wenen is zonder woorden wennen aan wat nooit meer hetzelfde zal zijn.’ En zo is het: nooit meer hetzelfde, maar na al die jaren weer behapbaar en draaglijk.
Schrijver: Uus Knops
Illustrator: Sassafras de Bruyn
Uitgeverij: Borgerhoff & Lamberigts
Lees ook: